Catechiste
Start studiejaar St. Bonifatius
Zaterdag 29 augustus begint het nieuwe studiejaar van het Sint Bonifatius-instituut. Aan deze opleiding die op zaterdagen (minor-variant) en enkele studieweken (major-variant) plaats vindt, studeren katholieke gelovigen die zich geroepen weten om diaken of catechiste te worden of die op een andere manier de Kerk ten dienste willen staan of gewoon meer vorming willen hebben. Studie en geestelijke vorming en groei gaan daarbij hand in hand.
Het is nog mogelijk zich voor deze opleiding aan te melden bij studieleider drs. B. Hartmann of rector J. Hendriks. Van de genoemde ambten is dat van diaken intussen wel wat meer bekend. Maar wat is eigenlijk een catechiste? Monica Wildeboer-Van Rossum, als catechiste volop actief in de regio Schagen, vertelt.
Catechist(e)
Sinds een jaar of tien kent de priesteropleiding van Haarlem ook de opleiding tot diaken en catechist(e). In vele gesprekken met mensen merk ik dat men totaal niet weet wat een catechist nu eigenlijk is, en men verwart het ook vaak met ‘catecheet’. Men vraagt zich af waarom na dezelfde studie, vrouwen niet, en mannen wel gewijd kunnen worden. En ik hoor vaak de opmerking dat er veel aandacht aan de priesters en diakens gegeven wordt maar dat de catechisten amper worden genoemd. Met name tijdens vieringen (en onder andere ook op radio Maria heeft onlangs iemand mij op geattendeerd!) wordt er wel gebeden om priesters en diakens, maar een voorbede voor catechisten ontbreekt veelal. Het doet sommige mensen zeer en zij vragen zich af of de catechisten geen gebed nodig hebben of dat de Kerk geen catechisten nodig heeft? Ik moet eerlijk zeggen dat ik mijzelf nooit zo met deze vragen bezig heb gehouden: Toch hebben deze vragen en opmerkingen mij er toe gebracht om mijzelf eens te bezinnen op wat het voor mij betekent om catechiste te zijn.
Vanaf mijn doop in 1993 weet ik mij door God ‘geroepen', maar het heeft wel een poos geduurd om te ontdekken waartoe Hij mij riep. Eerst kreeg ik een sterk verlangen om voor parochie - assistente te gaan studeren, echter kort hierop werd deze functie opgeheven. De 2e optie was pastoraal werkster, maar door verschillende omstandigheden bleek dat niet ‘mijn weg' te moeten zijn. Op bijzondere wijze ben ik uiteindelijk op de opleiding in Vogelenzang terecht gekomen, hier kreeg mijn roeping vorm in het ambt van catechiste.
Bij mijn bezoldigde aanstelling per 1 januari 2009 heb ik aangegeven om als catechiste aan het werk te mogen blijven, en niet als pastoraal werkster. In de 1e plaats om hiermee te voorkomen dat mensen me ‘pastor’ zouden gaan noemen: Ik ben liever gewoon Monica, gelovige mét de mensen en catechiste vóór de mensen. In de 2e plaats ervaar ik mijn catechiste- zijn als een bijzonder charisma naast mijn gewijde broeders, priesters en diakens. Ik hou van de verschillende ambten en bedieningen en zie daarin specifieke genadegaven van de Heilige Geest, ten dienste van Gods Kerk. Ik ben voor mijn diepste gevoel geen diaken (of priester) omdat ik vrouw ben, maar omdat ik die roeping niet heb: Ik heb geen verlangens om de Sacramenten te bedienen, maar om vooral onderricht te geven in de Leer.
In mijn functie in onze regio krijgt dit gestalte in o.a. het zoeken naar goede catechetische projecten, het begeleiden en ondersteunen van met name de werkgroepen voorbereiding 1e H. Communie en Vormsel, het verzorgen van de ouderavonden samen met de werkgroepen. Het geeft veel vreugde en voldoening als dit werk resulteert in het toedienen van deze Sacramenten aan de kinderen en jongeren. Verder verzorg ik catechese cursussen voor volwassenen, bezinningsavonden in de vastentijd rondom de kruisweg en de Goede Week. Met een groepje jongeren behandel ik aan de hand van DVD's Bijbelverhalen, ik heb gespreksavonden met jongvolwassenen rondom de thema's geloof, Bijbel, kerk, leven. Ik begeleid een liturgiegroep van het Ritmisch koor, en ben nu door een jongerenkoor gevraagd om Bijbeluitleg te gaan geven aan hen. Tevens ben ik bezig met het ontwikkelen van een Bijbelcursus voor volwassenen. Dit is zo even een ‘greep' uit de taken die ik mag doen, waar ik dankbaar voor ben en waar ik van hou. Bij afwezigheid van een priester en diaken voel ik mij geroepen om het Godsvolk bijeen te houden rondom de H. Schrift en gebed, dit is meer uitzondering dan regel en dat is goed.
Mijn zending tot catechiste heb ik nooit als ‘minder’ ervaren ten opzichte van de wijding, maar als anders, óók uniek. Mijn zending is geen Sacrament, maar ik heb het wel als heel Sacraal ervaren. Ik hoefde niet hardop de belofte van ‘gehoorzaamheid aan de bisschop en zijn opvolgers' uit te spreken, maar heb in mijn hart wel de belofte van trouw uitgesproken, want het mogen delen in het zendingsambt van de bisschop vat ik beslist niet lichtvaardig op.
In de Constituties en Decreten van Vat. II wordt op meerdere plaatsen over de catechist(e) gesproken, vooral in het ‘Decreet over de Missieactiviteit van de Kerk’. Zoals daar over dit ambt gesproken wordt sluit geheel aan bij mijn roeping. Dit decreet bevestigt ook mijn gevoel over mijn positie als catechiste naast de andere ambten:
“Voor de inplanting van de Kerk en voor de groei van de christelijke gemeente zijn verschillende bedieningen nodig, die, door goddelijke roeping uit de gemeenschap van gelovigen zelf gewekt, door allen met nauwgezette zorg moeten worden behartigd en ontwikkeld; daartoe behoren de ambten van priester, diaken en catechist...” (cit. pag. 327/328).
Dit betekent dus dat we, luisterend naar de Heilige Geest, tegelijkertijd met ons gebed voor goede priesters en diakens, ten allen tijden ook voor de roeping van goede catechisten behoren te bidden.
In het blad ‘Missio’ worden regelmatig artikelen geplaatst over het werk van catechisten: Wereldwijd zijn deze in grote getale actief. Vaak werken zij in zeer moeilijke omstandigheden en gevaarlijke gebieden en er zijn de afgelopen jaren al vele van hen (zinloos) vermoord. Ook voor hen, onze broeders en zusters catechisten in het buitenland, dienen wij te bidden om kracht, volharding en uithoudingsvermogen in hun werk onder deze moeilijke omstandigheden.
Het ambt van catechist, een kerkelijk ambt voor zowel (gehuwde) mannen als vrouwen is een wereldwijd ambt met een eigen en uniek charisma. Ik vind het jammer dat deze kennis in onze Kerk in Nederland wel geheel lijkt te ontbreken. Misschien zou het goed zijn om daar eens wat aandacht aan te besteden. Ook het ambt van permanent diaken is nog ‘zoekende naar zijn identiteit’, maar daar is nog niet zo lang geleden een symposium over gehouden in Rome en over geschreven in het Katholiek Nieuwsblad. In een goede samenwerking belichamen naar mijn idee de priester, de diaken en de catechist(e), ieder naar hun ambt, de drie specifieke ‘kanten’ van Christus: De Priesterlijke/profetische, de dienende/verkondigende en de onderrichtende/lerende.
Tot slot een vraag: Het valt mij op dat de laatste tijd mannelijke pastorale werkers de toeleiding tot diaken volgen (ik neem aan dat zij hier voor gevraagd zijn?). Waarom worden de andere pastorale werkers niet gevraagd om catechist(e) te worden? Aangezien dit, zoals ik eerder heb geschreven, een wereldwijd kerkelijk ambt is, terwijl de ‘titel’ van pastorale werker volgens mij maar in een paar landen voorkomt.......?
Daarmee zou hun positie naar mijn idee meteen ‘helder’ zijn, en lost het ‘het probleem’ van de naamgeving ‘pastor’ ook meteen op.....
Hartelijke groet van Monica Wildeboer