Catechist

De catechist in de katholieke kerk

Catechist volgens Paus Franciscus

“De Kerk is bijeen­ge­bracht door ‘de ene Geest van genade die over ons is uitgestort’, die blaast in de ver­schil­lende ledematen van het Lichaam van Christus, waarin allen, verenigd zon­der schei­ding, ‘ledematen van elkaar’ zijn. De dui­de­lijke onder­schei­ding tussen ‘laikos’ (leek) en de hiërarchie betekent geenszins een tegen­stel­ling, maar alleen deze orga­nische verbin­ding van een lichaam, van een organisme, met zijn diverse functies. De Kerk is immers geen plaats van ver­war­ring en anarchie, waar iemand op elk moment kan doen wat hij wil: binnen dit organisme met een gelede structuur oefent eenie­der zijn bedie­ning uit volgens de roe­ping die hij heeft ont­van­gen.”

Paus Benedictus XVI – Woensdagaudiëntie over de H.Paus Clemens van Rome, 7 maart 2007

“De vor­ming van de leken­ge­lo­vigen heeft als fun­da­men­teel doel de steeds dui­de­lijkere ontdek­king van de eigen roe­ping en de steeds grotere bereid­heid om haar te verwer­ke­lijken in de vervulling van de eigen zen­ding. God roept mij en zendt mij als arbei­der in zijn wijn­gaard; Hij roept mij en zendt mij om te werken voor de komst van zijn Rijk in de ge­schie­de­nis. Deze per­soon­lijke roe­ping en zen­ding betekenen de waar­dig­heid en de verant­woor­de­lijk­heid van iedere leken­ge­lo­vige en vormen de kracht­bron voor heel het vor­mings­werk dat gericht is op de blijde en dank­ba­re erken­ning van die waar­dig­heid en op de trouwe en edel­moe­dige vervulling van die roe­ping. God heeft immers van eeuwig­heid af aan ons gedacht, ons bemind als unieke en onherhaal­ba­re personen en ieder van ons bij zijn eigen naam genoemd, zoals de goede her­der die ‘zijn schapen bij hun naam noemt’ (Joh. 10, 3)”

Paus Johannes Paulus II, Christifideles laici, nr. 58 (Christifideles laici)

Guide for Catechists

Inte­res­sant is ook een do­cu­ment van de Con­gre­ga­tie voor de Evangeli­sa­tie van de Volkeren, genaamd ‘Guide for Cate­chists’ van de hand van Jozef Kar­di­naal Tomko en ge­pu­bli­ceerd met goed­keu­ring van Paus Johannes Paulus II op 3 de­cem­ber 1993.

“De con­gre­ga­tie voor de Evangeli­sa­tie van de volkeren heeft altijd een bij­zon­dere in­te­res­se gehad in de cate­chisten als primaire factor voor Evangeli­sa­tie. In 1970 heeft zij al een prak­tische handlei­ding voor de cate­chisten uitge­ge­ven. I.v.m. radicale ver­an­de­ringen in de wereld en het bewust­zijn van zijn verant­woor­de­lijk­he­den wil de con­gre­ga­tie voor de Evangeli­sa­tie van de volkeren aan­dacht vragen voor de hui­dige situatie en vooruit­zichten bie­den voor de ver­dere ont­wik­ke­ling van dit ‘prijzens­waar­dige leger van lekenapos­te­len’. Cate­chisten zijn volgens paus Johannes Paulus II de fun­da­men­tele evan­ge­lische dienst aan de wereld.”

Lees de gehele Neder­landse samen­vat­ting (PDF) door mevr. M. Wildeboer

Wie komt in aanmerking als catechist?

Ver­die­ping van je geloof
Je bent bezig met het geloof en je hebt belang­stel­ling voor de ach­ter­gron­den. Je wilt graag meer weten over het wat en waarom.

Toerus­ting voor je werk in de kerk
Je bent actief in de kerk. Het geloof boeit je en je geeft het graag han­den en voeten, in de pa­ro­chie of an­ders­zins. Maar je zou graag wat meer in huis willen hebben qua theo­lo­gische kennis en gees­te­lij­ke vor­ming, zodat je sterker in je schoenen staat en meer kunt geven. Het Theo­lo­gisch Instituut Sint-Boni­fa­tius biedt de moge­lijk­heid aan twee, aan­slui­tend op elkaar te volgen, cursussen deel te nemen: de basis­cur­sus theo­lo­gie, de ver­volg­cur­sus theo­lo­gie en dit zowel in een minor als in een major variant.

Cate­chisten­oplei­ding

Het woord cate­chist duidt in het ker­ke­lijk spraak­ge­bruik aan dat iemand in de kerk met een zen­ding van de bis­schop diaconale, cateche­tische of pas­to­rale taken verricht. Wie zich in deze taken wil bekwamen, kan na afron­ding van de basis- en ver­volg­cur­sus theo­lo­gie de cate­chisten­oplei­ding volgen. De ‘minor’ staat gelijk aan de ‘klassieke’ diaken- en cate­chisten­oplei­ding en geeft voldoende theo­lo­gische oplei­ding om in aanmer­king te komen voor een zen­ding als onbezol­digd cate­chist in het bisdom Haar­lem Am­ster­dam en tot onbezol­digd pa­ro­chie­me­de­werk(st)er in het aarts­bis­dom Utrecht. In de catechistenopleiding die daarop volgt, wordt gewerkt aan het verwerven van de nodige kennis en vaar­dig­he­den in praktijk­ge­richte vakken en stages. Er geldt een eigen aanname­pro­ce­du­re. De maximumleef­tijd voor aanmel­ding is 60 jaar. Na afron­ding van de cate­chisten­oplei­ding kan bij gebleken geschikt­heid door de bis­schop een zen­ding wor­den verleend.

Voortgezette vorming

Voor wat betreft de cate­chisten geldt even­eens dat de voort­ge­zette vor­ming van groot belang is. De Kerk hecht grote waarde aan hun inzet, zoals onder meer blijkt uit de in­struc­tie Redemptionis Sacra­mentum: “Vooral groot belang dient te wor­den gehecht aan de vor­ming van cate­chisten, die onder veel in­span­ningen een bij­zon­dere en volstrekt nood­za­ke­lijke bijdrage hebben geleverd en nog leveren aan de versprei­ding van het geloof en van de Kerk” (148). Ook paus Johannes Paulus II heeft in zijn En­cy­cliek Re­demp­to­ris Missio groot belang gehecht aan een adequate en “zorg­vul­dige dog­ma­tische en pe­da­go­gische voor­be­rei­ding, voort­du­rende gees­te­lij­ke en apos­to­lische vernieu­wing…” van de cate­chisten (73). De Guide for the cate­chists stelt dat in ieder bisdom waarin cate­chisten actief zijn, voor hen een geor­ga­ni­seerd pro­gram­ma van voort­ge­zette vor­ming moet wor­den aangebo­den (n. 29).

In het bisdom Haar­lem-Am­ster­dam is daarom zowel voor de per­ma­nente diakens als voor de cate­chisten een vor­mings­tra­ject ingericht waaraan zij de eerste vijf jaren na hun wij­ding of zen­ding geacht wor­den deel te nemen. Aan de diakens en cate­chisten wordt gevraagd de data van hun vor­ming in de agenda vast te leggen, tenminste die van de eigen vor­mings­bij­een­komsten. Daar­naast wor­den zij uit­ge­no­digd, deel te nemen aan de Wil­li­brord­avon­den en aan stille dagen en retraites. Aan het einde van deze vijf jaren zal bij voldoende deelname – waarbij in ieder geval deelname aan de eigen vor­mings­bij­een­komsten wordt verstaan – een getuig­schrift wor­den uit­gereikt dat door de Bis­schop en de verant­woor­de­lijke voor de vor­ming wordt getekend.

In­for­ma­tie en aanmel­ding